Roomboterkoekjes.

Ouderwets, maar nog altijd geliefd. Onderstaand het basisrecept. De hoeveelheden kan je aanpassen zolang je de onderlinge verhoudingen maar respecteert.

Ingrediënten voor ongeveer 20 roomboterkoekjes:
160 gram boter of 250 gram ghee, 100 gram witte basterdsuiker, 8 gram vanillesuiker, 1 eidooier, 180 gram bloem, snufje zout, en wat bloem voor op het aanrecht.

Voorbereiding
Ik kook bij voorkeur lactose vrij. Daarom gebruik ik 250 gram boter waar ik de melkbestanden (lactose) uithaal. Dat gaat eenvoudig. Smelt de boter langzaam in een sauspannetje en wacht even tot de vloeistof helder is . Giet dan de heldere gesmolten boter in een kom. Dan blijft er ruwweg 160 gram geklaarde boter ofwel ghee over, precies wat we nodig hebben in dit recept. Laat de ghee verder afkoelen zonder te stollen. De witte melkbestanden blijven achter in de sauteuse. Die zet je apart om er een saus van de maken : een ‘beurre noisette”.

Het deeg

Mix de boter, suiker en vanillesuiker tot een romig geheel. Voeg de eidooier toe en mix tot deze is opgenomen. Als laatste voeg je bloem en zout toe en kneed je het tot een stevig koekdeeg.

Wikkel het deeg in folie en leg die een uur te rusten in de koelkast. Daarna kan je er balletjes van draaien en die met een vork of een spatel een beetje plat drukken.

Je kan ook een worst van een paar centimeter doorsnee rollen. Wikkel het deeg in folie en leg het een uur in de koelkast om te laten rusten Snijd na het de deegrol in  plakjes. Leg de plakjes op een met bakpapier beklede bakplaat.

Bakken
Bak de koekjes in ongeveer 16 minuten op 180 graden of tot de randjes goudbruin kleuren. De koekjes zijn altijd zacht wanneer ze uit de oven komen, tijdens het afkoelen harden ze uit. Ik laat de koekjes eerst een paar minuten afkoelen op de bakplaat voordat ik ze over zet naar een rooster om verder af te koelen.