De bosui is een jonge nog onvolgroeide geboste ui met blad die het uiterlijk heeft van een kleine prei. Bosuien moeten geen beschadigingen hebben en de kleur moet van diep groen naar wit gaan. De bosui behoort net als prei, knoflook en bieslook tot de uienfamilie. De kleine uitjes worden vroeg in het voorjaar geplant en als het loof voldoende ontwikkeld is, worden ze geoogst. De naam bosui komt van de manier waarop hij verkocht wordt: in bosjes. De bosui wordt ook wel lente-ui, sla-ui, pijpajuin of stengel-ui genoemd.
Bosuien blijven in de koelkast een week goed. Op een koele, donkere en droge plaats buiten de koelkast (12-15°C) is de bosui ongeveer 4 dagen houdbaar.
De smaak van bosui is iets fijner dan die van gewone, licht gedroogde) uien. De smaak is vergelijkbaar met de smaak van prei, zij het iets zachter en pittiger. Ze kunnen daarom ook uitstekend rauw in gerechten worden verwerkt. Rauwe ringetjes van bosui geven smaak aan een salade, in rauwkost of een omelet. Bosui smaakt ook goed bij kalfsvlees, kip en vis. Ook wordt bosui vaak gebruikt in Aziatische gerechten zoals curry’s.

Bak de bosui kort, want anders gaat de smaak snel verloren. Daarom moet je (gebakken) bosuitjes ook pas laat toevoegen aan een gerecht.